België ondertekent Europese verklaring over online bescherming minderjarigen niet

België en Estland zijn de enige twee lidstaten van de Europese Unie die vrijdag op een informele ministerraad in Denemarken een politieke verklaring over een betere online bescherming van minderjarigen niet hebben ondertekend. Federaal minister Vanessa Matz (foto), bevoegd voor Digitalisering, wijst daarvoor naar Vlaanderen.

"Gesteund door een brede politieke en wetenschappelijke consensus heb ik de voorbije weken alles in het werk gesteld om ons land in staat te stellen zich bij dit gezamenlijke initiatief aan te sluiten", stelt Matz in een mededeling. Maar "door een voorbehoud van Vlaanderen kan België de verklaring vandaag niet mee ondertekenen", voegt ze toe. "Het is jammer dat dit veto België de kans ontneemt om zich samen met zijn Europese partners te profileren op een zo fundamenteel gebied als de bescherming van minderjarigen online."

De zogenaamde verklaring van Jutland werd vrijdag in de marge van een informele bijeenkomst van de Europese telecom-ministers in Horsens ondertekend door 25 lidstaten, Noorwegen en IJsland. De ondertekenaars ijveren onder meer voor leeftijdsverificatie op sociale netwerken en andere digitale diensten. Dat moet "de negatieve impact van illegale en ongepaste inhoud, schadelijke handelspraktijken, verslavende of manipulatieve ontwerpen en buitensporige gegevensverzameling, met name over minderjarigen, te verminderen".

De verklaring nodigt ook uit tot nadenken over een digitale meerderjarigheid, zijnde de leeftijd waarop jongeren toegang zouden moeten kunnen krijgen tot sociale media. De ondertekenaars kijken in dat opzicht uit naar het expertenpanel dat Europees Commissievoorzitter Ursula von der Leyen heeft aangekondigd en tegen het einde van het jaar advies moet uitbrengen over de beste aanpak voor Europa. 

In een reactie stelt Vlaams minister van Media Cieltje Van Achter dat ze pleit voor "een échte en doordachte bescherming van minderjarigen op sociale media". "De toegang tot sociale media ontzeggen of een identiteitskaart vragen om bijvoorbeeld een YouTube-filmpje te bekijken, is dat niet. Wat nu voorligt, is disproportioneel: burgers zouden enkel nog toegang krijgen tot sociale media na een identiteitscontrole via bijvoorbeeld Itsme", legt de minister uit. 

Volgens Van Achter zou dat gaan om "een fundamentele koerswijziging die een veel breder maatschappelijk debat verdient dan vandaag wordt gevoerd". "Bovendien worden dergelijke maatregelen door privacyexperten en de Europese commissie enkel naar voren geschoven voor pornowebsites of gokwebsites en trekt men dit nu zomaar door naar sociale media", besluit ze.

> Vijfhonderd artsen vragen dringend maatregelen tegen overmatig schermgebruik kinderen

U wil op dit artikel reageren ?

Toegang tot alle functionaliteiten is gereserveerd voor professionele zorgverleners.

Indien u een professionele zorgverlener bent, dient u zich aan te melden of u gratis te registreren om volledige toegang te krijgen tot deze inhoud.
Bent u journalist of wenst u ons te informeren, schrijf ons dan op redactie@rmnet.be.