Waar staan we met de terugbetaling van mhealth apps?

In de Kamercommissie Gezondheid wou Frieda Gijbels (N-VA) weten hoe het stond met de situatie van mHealth apps in België, specifiek voor de terugbetaling op het M3-niveau. Eind april van dit jaar zouden ongeveer 30 apps aan de overheidscriteria voldoen. Het M3-niveau werd geactiveerd in januari 2021, waarna het Riziv een template en procedure publiceerde waarmee technologiebedrijven een terugbetalingsaanvraag konden indienen. Minister Vandenbroucke ging in op vier specifieke dossiers die relatief ver staan.

Nadat heel wat bedrijven een aanvraag indienden, legde het Riziv een positieve beoordeling voor aan het Verzekeringscomité. Waarop het de bal terug in eigen kamp kreeg met de opdracht om een zorgpad met bijbehorende financiering uit te werken.

Minstens vier bedrijven kregen een positieve beoordeling voor één van hun producten: een in de oncologie, een voor telemonitoring bij slaapneu, en twee als alternatief voor holterregistratie om hartproblemen op te sporen. Maar blijkbaar zijn de zorgpaden nog een work in progress. En dus komen deze innovaties amper of niet bij de Belgische patiënt en zorgverlener terecht. 

Vandaar de vraag van Frieda Gijbels naar de concrete stand van zaken voor elk zorgpad, de reden voor de lange doorlooptijd, de verwachte resultaten, het aantal recent ingediende dossiers, de verbetering van processen, en de toekomstige aanpak.  Technologische vooruitgang en digitale gezondheidszorgapps staan immers specifiek in het regeerakkoord, met onder andere heldere tijdslijnen.

'Notificaties'

Minister Vandenbroucke (Vooruit) bevestigde het bestaan van de vier positief geëvalueerde dossiers, maar het ging om zogenaamde ‘notificaties’ geen terugbetalingsaanvragen. Een specifieke evaluatie-werkgroep heeft noch noch het budget, noch de bevoegdheid om concrete terugbetalingen uit te werken. Wel adviseerde de werkgroep het Verzekeringscomité.

Het advies voor oncologie:  telemonitoring is al mogelijk in de praktijk, onder meer via het forfait oncologische basiszorg. Maar het huidig zorgpad oncologie is niet meer in lijn met de huidige praktijkrichtlijnen en een grondige herziening met aandacht voor digitalisering en transmurale aspecten dringt zich op en loopt ook.  Daarnaast loopt in de context van de vernieuwde procedure een project om toch al telemonitoring bij oncologie verder uit te breiden.

Het advies voor slaapneu: daar kan telemonitoring medische waarde hebben bij de opstart. Er werd aanbevolen om telemonitoring op te nemen in de overeenkomst slaapneu, beheerd door het College Artsen-Directeurs, met een focus op hybride zorg en een herziening van deze overeenkomst die veel verder gaat dan enkel de introductie van telemonitoring. Deze herziening loopt, maar moeizaam. 

Bij de twee dossiers rond de detectie van hartritmestoornissen adviseerde de werkgroep de Technisch Geneeskundige Raad (TGR) om de nomenclatuur voor holtermonitoring te herzien. Die is nu beperkt tot 24u monitoring terwijl nieuwe technologie langere monitoring mogelijk maakt. De TGR heeft een concreet voorstel goedgekeurd dat nu aan de andere organen binnen het Riziv wordt voorgelegd.

Nieuwe procedure

De minister gaf nog aan dat er sinds oktober 2023 een nieuwe procedure voor mobiele medische toepassingen geldt. Met twee belangrijke wijzigingen tot gevolg: de oprichting van een vaste multidisciplinaire werkgroep die ook concrete terugbetalingsvoorstellen moet uitwerken binnen strikte termijnen heeft (wel nog te valideren door de overlegorganen). Daarnaast is er ook een beperkt, specifiek mHealth budget voorzien, wat meteen leidde tot een tweede dossier ingediend voor telemonitoring bij oncologie. Een concreet voorstel om telemonitoring bij deze patiënten beperkt verder uit te breiden, zit in  een vergevorderd stadium en dat is mogelijk gemaakt door een specifiek mHealth budget.

Bovendien zal telemonitoring bij hartfalen (terugwerkend) worden terugbetaald vanaf januari 2025. 

Het departement van Vandenbroucke onderzoekt nog hoe sommige procedures kunnen worden verbeterd, onder meer op basis van het KCE-rapport van begin 2023, eigen ervaringen en ervaringen vanuit het buitenland. De budgettaire uitdagingen blijven echter een belemmerende factor. Voorgestelde kostenbesparende effecten, zoals minder ligdagen, leiden in de praktijk niet tot besparingen op het huidige budget van financiële middelen van de ziekenhuizen.

Frieda Gijbels bood haar volledige steun aan voor de verdere uitwerking van protocollen die deze dossiers in een stroomversnelling kunnen brengen.

U wil op dit artikel reageren ?

Toegang tot alle functionaliteiten is gereserveerd voor professionele zorgverleners.

Indien u een professionele zorgverlener bent, dient u zich aan te melden of u gratis te registreren om volledige toegang te krijgen tot deze inhoud.
Bent u journalist of wenst u ons te informeren, schrijf ons dan op redactie@rmnet.be.