eHealth startups: te weinig wetenschappelijk gevalideerde projecten (Startups.be)

Vorige week had in Luik een colloquium plaats met als thema ‘Comment la Digital Health va changer le secteur des soins de santé?’. De vzw Startups.be stelde er de resultaten voor van een studie die uitgevoerd werd in samenwerking met ING, een studie naar de kwantitatieve én kwalitatieve aspecten van de sector.

Het onderzoek, op basis van 29 antwoorden van 161 eHealth startups, werd becommentarieerd door deelnemers als Cubigo, Capricorn, Ontoforce, mHealth, Doctena Belgium,  DIM3, Nomics, OsimisAndaman7, DNAlytics, LifeTech.Brussels, Living Lab WeLL...). Philippe Rangoni, Business Development Director  van Startups.be schetst een stand van zaken van de sector aan de hand van de onderzoeksresultaten. “Bij heel wat startups is er een tekort aan kennis van de specificiteit van het Belgisch zorgsysteem en van de werking van de ziekenhuizen. Dat tekort aan kennis is een hinderpaal bij de verdere ontwikkeling van de startups omdat ze geconfronteerd worden met de administratieve en technische complexiteit en omdat die confrontatie niet altijd voorzien wordt bij het opstarten van het project.”

Gelijkaardige bedenkingen zijn er in de ziekenhuizen. “Wanneer een proefproject mislukt, is dat vaak een gevolg van de gebrekkige samenwerking tussen de startup en het ziekenhuis. De belangrijkste reden hiervoor is dat de startup onvoldoende inzicht heeft in de werking van het ziekenhuis. Startups komen vaak met projecten die weliswaar aantrekkelijk zijn, maar niet in een concrete vraag voorzien”, zo zegt director Strategy & Development bij het Universitair Ziekenhuis Saint-Luc. Anne-Sophie Marsin. “We merken dat startups vaak helemaal niets weten over de voorschriften inzake bescherming van de persoonlijke levenssfeer, om nog maar te zwijgen van de Algemene Verordening Gegevensbescherming (GDPR). We hebben vaak  projecten moeten afwijzen omdat ze in strijd waren met de privacy-voorschriften. De Belgische gezondheidszorg is bijzonder complex. Deze complexiteit ontmoedigt innovatie, zeker vanuit financieel oogpunt. Startups zijn onvoldoende vertrouwd met de Belgische gezondheidszorg en precies daarom is hun businesscase vaak niet levensvatbaar. ”  

Wetenschappelijk gevalideerd?

Startups in de eHealth zijn vandaag interessanter voor privé investeerders wanneer ze medische apparatuur ontwikkelen dan wanneer ze oplossingen ontwikkelen inzake telegeneeskunde of voor oudere personen. Een ander zwak punt van het systeem is volgens Philippe Rangoni het feit dat in België de overheidsfinanciering te belangrijk is in vergelijking met privé financiering van projecten van de startups.

En ander heikel punt voor potentiële investeerders is dat nogal wat directeurs van startups niet genoeg aandacht besteden aan wetenschappelijke validatie.  Een andere uitdaging zijn de patiënten. Het blijkt makkelijker te zijn om een oplossing te ontwikkelen voor zorgprofessionals en zorginstellingen (54% van de startups) dan voor patiënten. Dat heeft dan weer te maken met het feit dat toepassingen bij patiënten nog niet systematisch terugbetaald worden door het Riziv. Dat ziet men onder meer bij projecten voor e-health oplossingen om patiënten zo lang mogelijk thuis te kunnen laten wonen (chronische patiënten, surveillance van oudere personen, enz.). Maar er is hoop. Zo zijn er de federale mobile health proefprojecten die op termijn in aanmerking kunnen komen voor terugbetaling door de sociale zekerheid zoals bijvoorbeeld de MoveUP revalidatieapp voor herstel na een chirurgische ingreep ter hoogte van de knie of de heup.  Bij dit voorbeeld zijn de winst voor de sociale zekerheid en de betrokkenheid van de verschillende zorgverstrekkers beslist troeven.

Van Medical device tot GreyTech

Van de 161 digital health startups zijn er 83 in Vlaanderen, 42 in Wallonië en 36 in Brussel.  Er is de afgelopen tien jaar een duidelijke clustervorming rond grote steden, in het bijzonder Brussel, Antwerpen, Gent , Leuven en Luik (2007- 2017). Uit de studie blijkt dat er de afgelopen tien jaar 167 miljoen euro geïnvesteerd werd in de startups.

En ook dat er relatief weinig universitaire spin-offs actief zijn in Digital Health, vooral dan in Brussel, waar er niet meer zijn dan drie (twee van de VUB, een van de ULB). De universiteit van Gent en Leuven hebben er elk negen, de UCL acht, Luik drie en Mons één.

De belangrijkste activiteitsectoren van de startups zijn de volgende:  34% Medical device (medische apparatuur die verbonden is met het internet en met andere apparaten), 32% de  CareTech (oplossingen in de welzijnszorg), 28% Medical software (oplossingen voor rechtstreeks gebruik in medische verzorging), 28% TeleHealth (oplossingen voor zorgverlening op afstand of zelfzorg), 21% Health Tech (digitale oplossingen ontwikkelen ter verbetering van de  gezondheidszorg), 20% GreyTech (oplossingen voor het vergrijzingsprobleem), 10% Medical Imaging (oplossingen voor medische beeldvorming), 10% Medical Management software (oplossingen voor ziekenhuis- of patiëntenbeheer) en 5% SportTech (oplossingen voor de sportwereld).

Uit de studie van Startups.be blijkt ook dat de meest gebruikte technologieën vandaag de volgende zijn: de Saas (software as a Service), hardware en mobile technologie.

Alle verantwoordelijken van de startups die  voor dit onderzoek bevraagd werden, erkennen dat ze vanaf het prille begin over een internationale strategie beschikken. Feit is dat ze zich eerst in België moeten bewijzen voordat ze kans maken op het waarmaken van die ambitie. . .

U wil op dit artikel reageren ?

Toegang tot alle functionaliteiten is gereserveerd voor professionele zorgverleners.

Indien u een professionele zorgverlener bent, dient u zich aan te melden of u gratis te registreren om volledige toegang te krijgen tot deze inhoud.
Bent u journalist of wenst u ons te informeren, schrijf ons dan op redactie@rmnet.be.